Nieuws

Lange persleiding niet nadelig voor melkkwaliteit Dairy Campus

Gepubliceerd op
12 oktober 2017

Verpompen van diepgekoelde melk hoeft niet nadelig te zijn voor de melkkwaliteit. Dit blijkt uit de tussentijdse resultaten van de melkkwaliteit op Dairy Campus. Vanaf de ingebruikname van het systeem in juli 2016 verpompt Dairy Campus vooraf tot 3,6 °C gekoelde melk door een ruim 200 meter lange persleiding naar twee silotanks. Een analyse van de kwaliteitscijfers van de eerste tien maanden laat zien dat dit geen nadelige gevolgen heeft voor het kiemgetal en de vrije vetzuren.

Melkveebedrijven plaatsen vaker bij nieuwbouw de melkopslag bij de bedrijfstoegang in plaats van bij de melkstal. Afstanden van 100 meter of meer zijn daarbij niet ongebruikelijk. Uiteraard mag dat geen invloed hebben op de melkkwaliteit. De melk mag dus tijdens het interne transport niet ‘beschadigen’ of vervuild raken door een onvoldoende reiniging van de lange transportleidingen.

Snel koelen

Vanuit de melkstal komt de verse melk op Dairy Campus eerst in een buffervat van 1.000 liter. Zodra dit vat voor 60 % gevuld is begint het verpompen naar de silotank. Vanaf deze balanstank gaat de dan nog warme melk echter eerst door een platenkoeler. Deze koelt de melk met ijswater (chiller) terug tot 3,6 °C. Vervolgens gaat die in een constante stroom door een 40 mm dikke RVS-persleiding naar de ruim 200 meter verderop gelegen silotanks. Bij aankomst daar blijkt de temperatuur dan iets opgelopen naar 3,8 °C, maar nog altijd ruim beneden de vereiste 4°C. De melk wordt dus koud verpompt.
De koeling wordt gedaan door vier door water en of lucht gekoelde units. Het opgewarmde water (25 – 38 °C) wordt later gebruikt voor de reiniging van de melkinstallatie en voor de verwarming van het kantoor en de ontvangstruimte.

Circulatiereiniging

De lange persleiding wordt als apart systeem gereinigd. Om tijdens de hoofdreiniging het water te kunnen laten circuleren is er een retourleiding aangelegd. Tijdens de hoofdreiniging wordt het water, indien nodig, bijverwarmd. Dairy Campus maakt geen gebruik van vacuüm of perslucht. Na afloop van de reiniging lopen de pers- en retourleiding op het laagste punt automatisch leeg. Uit het iets verhoogde vriespunt van de melk bleek echter dat er toch wat water in de persleiding achterblijft. Op Dairy Campus hopen ze dit te kunnen verhelpen door een betere drainage en het optimaliseren van de hoeveelheid water die verbruikt wordt bij de reiniging.
De persleiding en retourleiding lopen langs de gevel van de oude stal.

Prima melkkwaliteit

Het verpompen van warme melk over lange afstanden kan een beschadiging geven van de vetbolletjes. Dit uit zich in een verhoging van de vrije vetzuren. Het niveau aan vrije vetzuren ligt op Dairy Campus echter constant op 0,2 tot 0,3 meq per 100 gram melkvet. Dit is zelfs beneden de gemiddelde landelijke waarde. De directe koeling en het koud verpompen van de melk heeft een positieve invloed op de vrije vetzuren.
Ook de reiniging van een dergelijk systeem vraagt de nodige aandacht.  Daarom is  gekeken naar het kiemgetal (een maat voor de bacteriologische reinheid)  Het kiemgetal wordt met name beïnvloed door de reiniging van de installatie en de koeling van de melk. Op Dairy Campus schommelt het kiemgetal tussen de 7 en 10 (x 1000 kiemen/ml). Dit zijn normale waarden voor melkveebedrijven zonder noemenswaardige problemen.

Innovatieproject

Het onderzoek aan het koelsysteem en de persleiding zijn elementen van het Innovatieproject "Innovatief koelconcept voor grote melkveebedrijven". Hierin werkt Dairy Campus nauw samen met Mueller en FrieslandCampina. Binnen dit project kijken ze momenteel hoe ze het (totale) waterverbruik verder kunnen optimaliseren. Daarnaast willen ze het energiegebruik beter in kaart brengen.